Over Onze school

Onze missie

Risala wil door middel van kwalitatief goed primair onderwijs kinderen vormen tot wereldburgers met een Islamitische identiteit, die een groot verantwoordelijkheidsgevoel hebben voor hun omgeving en het milieu, en die op betrokken wijze in de Nederlandse samenleving staan. Het is deze missie die richting geeft aan ons dagelijks handelen. VISIE De verantwoordelijkheid voor de opvoeding van kinderen ligt niet bij de ouders alleen, maar ook bij school en de omgeving. Onderzoek heeft aangetoond dat de school voor ongeveer 45% de ontwikkeling van een kind bepaalt. De overige 55% wordt bepaald door ouders en omgeving. Het is daarom belangrijk dat u een weloverwogen keuze voor een school maakt. Kiezen voor onze school is kiezen voor een goed contact tussen ouders, school en kind. Lees hier verder hoe wij werken aan onze missie. PEDAGOGISCHE VISIE We willen op school een sfeer scheppen waarin de kinderen zich veilig voelen, zich geaccepteerd en gerespecteerd weten. De leerkrachten hebben hierin een voorbeeldfunctie: zij laten door hun eigen houding het kind zien hoe het zich kan gedragen. Zij hebben hoge verwachtingen van het kind, want daardoor presteert het kind beter. Uiteraard sluit de leerkracht aan bij wat het kind aan kan. De leerkracht luistert naar het kind en geeft positieve feedback.  Wij vinden dat het opvoeden van de kinderen een samenspel is tussen de ouders en de leerkrachten. Daarom is de samenwerking tussen beide partijen zo belangrijk. Wij verwachten van ouders die voor onze school kiezen dat die keuze bewust is en dat ze het kind positief stimuleren bij het naar school gaan.  Ten slotte staat het stimuleren van de verantwoordelijkheid voor het eigen leren bij ons hoog in het vaandel. Zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid worden daarom al vroeg aangeleerd. GOUDEN-GEDRAGSREGELS Reinheid, rust en regelmaat, een ouderwetse motto voor sommigen, maar die voor ons niets aan kracht heeft ingeboet. We hebben het wel aangevuld: • Reinheid • Rust • Regelmaat • Regie • Resultaatgericht Op de Risala gelden 10 gouden-gedragsregels die zijn samengesteld door leerlingen, ouders en leerkrachten. Deze gedragsregels hangen ook overal binnen de school op strategische plekken. Een ieder die zich binnen de contreien van de Risala bevindt dient zich aan deze regels te houden. Wie zich niet aan deze regels houdt kan hierop worden aangesproken door het bevoegd gezag. Download hier de poster voor de 10 gouden-gedragsregels. DIDACTISCHE VISIE Onderwijs heeft een belangrijke functie bij het bereiken van een maatschappelijke positie. Hoe hoger het niveau van het onderwijs, hoe meer keus het kind heeft in de bepaling van zijn verdere toekomst. Wij richten ons op het Nederlands als tweede taal. Wil je in Nederland verder komen, dan moet je kunnen communiceren in het Nederlands. Je moet Nederlands kunnen spreken, maar ook teksten kunnen lezen en begrijpen. Woordenschatonderwijs ondersteunt deze vaardigheid.   De overdracht van de leerstof moet voor kinderen aansprekend en effectief zijn. Wij letten nadrukkelijk op de kwaliteit van de uitleg aan de groep. Naast de gebruikelijke instructies zetten wij ook andere samenwerkingsvormen in en we gebruiken veel beeld om de instructies te ondersteunen.   De basisschool heeft acht leerjaren. Net zoals ontwikkeling in het dagelijkse leven geleidelijk verloopt, zo soepel moet de overgang tussen de diverse leerjaren verlopen. Dit geldt voor de leerstof, maar ook voor de manier van werken met de kinderen. De leerkrachten stemmen hun manier van werken dan ook goed met elkaar af. Zo kunnen kinderen zich in een doorgaande lijn ontwikkelen.    Naast de verstandelijke ontwikkeling vinden we het belangrijk dat ook de sociaal-emotionele, de zintuiglijke, de creatieve en de communicatieve vaardigheden van het kind op school ontwikkeld worden.

Onze islamitische identiteit

Het bestaansrecht van Risala is gebaseerd op de islamitische identiteit. De kracht zit in het handelen vanuit de normen en waarden van de Islam. Wij geven de leerlingen de basis vanuit de Koran en de Sunnah (overleveringen) mee. We vieren de islamitische feesten en staan stil bij de gedenkdagen. De leraar is mede-opvoeder en een voorbeeld voor de leerlingen die ze inspireert in het uitdragen van de volgende normen en waarden: Er wordt met elkaar gepraat en niet over elkaar 'De moslims schaden een ander niet met hun hand of tong.' Medemenselijkheid 'Je wenst een ander hetzelfde toe als jezelf.' Rechtvaardigheid 'Wees rechtvaardig in je oordeel.' Vergevingsgezindheid 'Vergeef degene die jou onrecht heeft aangedaan.' Goed gedrag 'Goed gedrag weegt het zwaarst op je weegschaal.' Liefdadigheid 'Geef en je zult krijgen.' Door schoolbrede identiteitsgerelateerde thema's, waarbij kernwaarden en hun afgeleide waarden centraal staan, wordt tijdens meerdere vakgebieden (m.n. godsdienstlessen, SOVA, cultuur educatie en taal) aandacht besteed aan de vorming van de kinderen tot sociale wereldburgers met een sterke islamitische identiteit. De islamitische normen en waarden staan in relatie met de sociaal-emotionele ontwikkeling, actief burgerschap en sociale cohesie. Identiteitsthema's zijn geïmplementeerd in het dagelijkse lesgeven. We besteden structureel en expliciet aandacht aan Islam. Elke groep heeft een Islammuur waar de overleveringen van de profeet (vzmh) met betrekking tot de thema's te zien zijn. De school beschikt over een gebedsruimte en een doorgaande leerlijn van groepen 1 t/m 8. De godsdienstlessen worden aangeboden door godsdienstleerkrachten. In het bovenschools identiteitsbeleid is de inrichting van onze identiteit beschreven. Risala wil door middel van kwalitatief goed primair onderwijs kinderen vormen tot wereldburgers met een Islamitische identiteit, die een groot verantwoordelijkheidsgevoel hebben voor hun omgeving en het milieu, en die op betrokken wijze in de Nederlandse samenleving staan.   Goed onderwijs is voor ons in de kern onderwijs waarbij elk kind zich geborgen voelt en waarbij elk kind het beste uit zichzelf mag halen; daartoe behoren ook maximale leeropbrengsten die bij hem passen. 97% van de kinderen tot 12 jaar komt naar school om er succes te hebben; aan ons de plicht om dit mogelijk te maken. Maar er is volgens ons meer dat noodzakelijk is voor ‘goed onderwijs’: normen en waarden als noodzakelijke bagage wanneer onze leerlingen zich een plek in deze samenleving willen toe-eigenen.   Vanuit onze levensbeschouwelijke grondslag, de islam, is het natuurlijk logisch dat wij onze kinderen de islamitische normen en waarden meegeven. En dan zullen sommige mensen zich wellicht afvragen of die kinderen niet de Nederlandse normen en waarden geleerd moet worden. Is het niet beter voor ze, omdat ze tenslotte in Nederland leven? De Nederlandse normen en waarden zijn toch heel anders dan die van de moslims? Nu is het zo, dat sommige mensen de islamitische normen en waarden zelfs als een bedreiging zouden kunnen ervaren voor hun leefomgeving. Maar nu vraag ik hen: is dit wel zo? Zijn de Nederlandse normen en waarden zo anders als de islamitische? Dit is een belangrijke vraag en we kunnen stellen dat er in Nederland het volgende is:   Er is in Nederland vrijheid van godsdienst, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van onderwijs. Gelijke behandeling, gelijkwaardige behandeling, gelijke rechten en plichten voor mannen en vrouwen en er is wetgeving die discriminatie verbiedt. Er is democratie, er heerst tolerantie en men respecteert de rechten van de mens.Dit alles zal onze kinderen geleerd moeten worden door een enthousiast team van leerkrachten met als drijvende kracht een inspirerend managementteam.   Gegeven het bovengenoemde, moeten we onderzoeken of de islamitische normen en waarden hier nu zo van afwijken. De beste informatie hierover komt naar voren in het persoonlijkheidsideaal dat de islam nastreeft. In de islam wordt elk mens puur, onschuldig en harmonieus geboren met een perfect geloof in God. Hij heeft een vrije wil, gevoelens, intellect en het vermogen om goed en kwaad van elkaar te onderscheiden. Tijdens zijn leven komt hij steeds in situaties waarin hij moet kiezen of hij het goede of het kwade zal doen. Telkens als men dat laatste doet, dekt men de oorspronkelijke toestand van harmonie steeds verder dicht. Dit uit zich uiteindelijk in hebzucht, verwaandheid, gebrek aan respect voor de ander, agressie en ga zo maar door. Het is de opdracht voor de moslim om steeds aan zichzelf te werken, om de toestand van harmonie bloot te leggen, om te komen tot de ideale moslim. Wie of wat is deze ideale moslim dan?   Deze ideale moslim is iemand die wordt gedreven door goede intenties, die doet voor zijn naaste wat hij voor zichzelf graag wil, die matig is in alles en extremen verafschuwt, die goede werken doet, die zijn verantwoordelijkheid neemt, alle mensen als gelijken beschouwt, die goed is voor zijn buren ongeacht hun geloof, die zorgzaam omgaat met het milieu en met de dieren, die rechtvaardigheid hoog in het vaandel heeft, die een slechte daad met een goede daad beantwoordt en nog meer van zulke nobele daden.   Uit de omschrijving van bovengenoemde blijkt dat geloof en daden in de islam zeer innig met elkaar verweven zijn. Beide zijn onlosmakelijk aan elkaar gebonden. Geloven is een werkwoord. Het volstaat niet om te 'geloven' dat men rechtvaardig moet zijn, nee, men moet zich ook rechtvaardig gedragen. Gedrag is gebaseerd op persoonlijkheid, op hoe iemand is. Op hoe hij reageert op situaties. De islam probeert dan ook dit gedrag te beïnvloeden, probeert iemand te trainen opdat zijn persoonlijkheid zal veranderen, zodat het voor een dergelijk persoon een natuurlijke zaak wordt om zich op een manier te gedragen, die overeenkomt met bovengenoemde normen.   De waarden van naastenliefde, rechtvaardigheid, zelfbeheersing, matiging, discretie, geduld, zachtmoedigheid, en zo meer, zijn waarden die een moslim zich eigen moet maken, in die mate dat ze weerspiegeld worden in zijn gedrag. Het is zeker een inspiratie om in elke vorm van samenleven, of dat nu in gezinsverband, in een club, een gemeenschap of een natie is, naar een hoger niveau te tillen.   Bestaat die gemeenschap uit mensen van verschillende geloofsovertuigingen, dan moet men deze diversiteit juist respecteren en zich niet blindstaren op de verschillen, maar dat men met elkaar moet wedijveren in het stellen van goede daden, om zo gezamenlijk te werken aan het tot stand brengen van een rechtvaardige samenleving waarin het beste van wat een mens te bieden heeft, gerealiseerd kan worden.   Kinderen moeten leren zich verantwoordelijk te voelen, zowel tegenover zichzelf, hun familie en de maatschappij, als tegenover God. Wanneer die overtuiging diep in hun hart terecht is gekomen, zullen zij uit zichzelf ver weg blijven van alles wat slecht is voor hen en voor de medemens. Een godsdienstige opvoeding die dit kan bereiken heeft uiteindelijk een positieve uitwerking op de maatschappij in haar totaliteit.   Dit is wat wij als school onze kinderen willen meegeven. Dit is waar wij voor staan. Wij hebben met onze kinderen goud in handen, dat zoveel glans moet gaan geven dat de hele Nederlandse samenleving er trots op kan zijn.

Cookie instellingen